Categorie archieven: Politieke vragen

Beantwoording vervolgvragen over situatie voormalige Harmonie in Hippolytushoef

Op 11 juni 2024 heeft LDA Vervolgvragen (nummer PV-2431) gesteld over de situatie voormalige Harmonie in Hippolytushoef.
Het antwoord van het College op deze vragen kunt u hier lezen.

Belangrijkste conclusies:

  • De stellingname dat er geen arbeidsmigranten in mogen worden gehuisvest is juridisch niet afdwingbaar
  • De dwangsom is verbeurt, en er wordt nu geïnd
  • De buurt wordt opnieuw geïnformeerd

 

Beantwoording vragen over de herinrichting Koningin Julianalaan in Slootdorp

Uit de beantwoording van de vragen blijkt dat de steeg niet valt onder de herinrichtingswerkzaamheden waardoor er geen noodzaak tot sanering is
Verder komt er een informatiebijeenkomst met de bewoners, een datum wordt niet vermeld. De fractie zal de verdere gang van zaken met aandacht volgen.

  1. Reactie
    Kunnen de werkzaamheden van de herinrichting van de Koningin Julianalaan wel beginnen voordat de sanering van de verontreinigde locatie heeft plaats gevonden?
    Ja, de werkzaamheden kunnen beginnen.
  2. Zo ja, waarom?
    De locatie waar er sprake is van (mogelijke) verontreiniging van de grond, ligt buiten het gebied van de herinrichtingswerkzaamheden. De grond in het herinrichtingsgebied is niet (of nihil) verontreinigd en kan veilig uitgegraven en verplaatst worden.
  3. Bent u bereid op korte termijn met de bewoners in gesprek te gaan om duidelijkheid te verschaffen over de uit te voeren werkzaamheden?
    Wij betreuren dat, op het moment van het stellen van deze vragen, meer behoefte was aan duidelijkheid over de werkzaamheden. Voorafgaand aan de geplande werkzaamheden zijn er meerdere communicatie- en contactmomenten geweest. Informatie op denkmee.hollandskroon.nl, een informatiebrief, 1-op-1 gesprekken en drie informatiebijeenkomsten.

    Op denkmee is het gehele project weergegeven, inclusief de aankomende fases.

    Op 16 maart 2023, 26 juni 2023 en 3 mei 2024 hebben de bewoners brieven ontvangen. Hierin is het project toegelicht en zijn de bewoners gewezen op de mogelijkheden om vragen te stellen. Hierin zijn de bewoners ook uitgenodigd voor de informatiebijeenkomsten.
    Tijdens deze bijeenkomsten zijn de vragen en zorgen van de bewoners verzameld. Ook is er ingegaan op de technische uitvoering. Waar mogelijk zijn opmerkingen opgenomen of verwerkt in het ontwerp. Er zijn zorgen geuit over de snelheid van het verkeer en gevolgen van grondwateronttrekking. Deze zorgen hebben geleid tot verkeersmetingen en het plaatsen van peilbuizen om de grondwaterstand te monitoren. Naar aanleiding van het besluit van 4 juni om de werkzaamheden tot nader order uit te stellen, wordt er opnieuw ingezet op communicatie en contact. Hierbij staat vast dat één onderdeel tenminste een informatiebijeenkomst is.
    Op basis van contact met, en inventarisatie bij de inwoners besluiten wij welke communicatie inzet verder nodig is.

Beantwoording vragen over opslag met PFOS vervuilde grond bij Afvalzorg in Middenmeer

Hieronder de beantwoording door het college van onze vragen over de metingen van het pfos-gehalte rond de stortplaats van Afvalzorg. De gemeten waarden zijn onder de door het RIVM vastgestelde grenswaarden voor oppervlaktewater.

  1. Op welke wijze bewaakt u de risico’s van verontreiniging door PFOS in het effluent?
    Afvalzorg bemonstert het effluent circa 12x per jaar waarbij ook op PFOS wordt geanalyseerd. Deze gegevens worden aan het hoogheemraadschap ter controle toegestuurd.

    a) Wat is de concentratie die in 2022 is gemeten in het effluent?
    In 2022 zijn 12 metingen uitgevoerd. De concentraties lopen uit een van <0,02μg/l (concentratie lager dan detectielimiet 0,02 μg/l) tot maximaal 0,10 μg/l.

    b) Zijn er na de stort in 2008 tot 2022 ook metingen verricht en wat is daarvan het resultaat?
    De metingen op PFOS zijn gestart in september 2020. In 2020 zijn 3 metingen verricht. De gemeten concentraties variëren tussen 0,07 μg/l en 0,15 μg/l. In 2021 zijn 7 metingen verricht. De gemeten concentraties variëren tussen 0,04 μg/l en 0,1 μg/l.

    c) Worden er na 2022 metingen verricht en wat is daarvan het resultaat?
    Ja. In 2023 zijn 12 metingen uitgevoerd. De concentraties lopen uiteen van niet-aantoonbaar <0,02μg/l (concentratie lager dan detectielimiet 0,02 μg/l) tot maximaal 0,16 μg/l.

  2. Op welke wijze bewaakt u de risico’s van verontreiniging door PFOS in het oppervlaktewater?
    De gemeente bewaakt niet zelf het oppervlaktewater. Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier (HHNK) heeft een taak op dat gebied. Er wordt enerzijds door Afvalzorg analyse van het effluent aangeleverd aan HHNK. Anderzijds wordt door het HHNK de algemene waterkwaliteit in de Polder Wieringermeer gemeten.

    a) Worden er metingen verricht naar PFOS in het oppervlaktewater in de buurt van de locatie van Afvalzorg om zicht te krijgen of er sprake is van uitspoeling en dus verspreiding in het milieu?
    In opdracht van het HHNK worden metingen verricht. Er worden metingen verricht bij het gemaal Leemans. Dit ligt benedenstrooms van de locatie van Afvalzorg maar niet in de buurt. Daarnaast is er nog een meetpunt in de Slotervaart juist ten zuiden van Slootdorp. Dit meetpunt ligt niet benedenstrooms maar wel in hetzelfde peilgebied als waar de locatie van Afvalzorg in ligt. Door Afvalzorg zelf worden metingen aan het effluent van de zuivering gerapporteerd aan HHNK.

    b) Zo ja, wat zijn de gevonden waarden?
    De metingen in het oppervlaktewater zijn verricht in 2019. De gemeten concentratie bij het gemaal Leemans (benedenstrooms van locatie Afvalzorg) lopen uit een van overwegend niet-aantoonbaar <1,0 ng/l of 0,001 μg/l (concentratie lager dan detectielimiet 0,001 μg/l) tot een incidentele overschrijding van 4,2 ng/l of 0,0042 μg/l. In 2019 is bij het meetpunt bij Slootdorp een hoogste waarde gemeten van 14 ng/l of 0,014 μg/l.

Beantwoording vragen over de oplossing van het conflict met dhr. Hommes

Hieronder de beantwoording door het college van de vragen die gesteld zijn over het oplossen van het conflict met dhr. Hommes.
De vragen zijn naar de mening van de fractie duidelijk beantwoord.

Reactie

  1. Was het college reeds op de hoogte van het conflict tussen deze inwoner en de gemeente, en zo ja, hoe heeft het college tot nu toe gepoogd samen tot een oplossing te komen?
    Hoewel dit voor de inwoner mogelijk niet zo wordt ervaren, gaat het in dit geval om twee losstaande situaties. Een situatie over de aanleg van een inrit en een handhavingsprocedure over de aanleg van een paardenbak.

    Inrit:
    Er is al geruime tijd discussie over de inritten voor de ontsluiting van de nieuwbouwkavels aan de Mientweg in Lutjewinkel. Met de ontwikkelaar van de kavels zijn via een exploitatie overeenkomst afspraken gemaakt onder andere over de aanleg van de inritten. Zowel met de ontwikkelaar als met de inwoner zijn meerdere gesprekken gevoerd en locatiebezoeken geweest. Uiteindelijk is er een gerechtelijke uitspraak geweest waarin de rechter heeft vastgesteld dat er een inrit ligt ter ontsluiting van de kavel van de inwoner en dat er over materialisatie geen afspraken zijn gemaakt:

    Kortom, de uitspraak was duidelijk. Daarnaast is er sprake van twee kavels in eigendom van de inwoner. Waarvan één kavel valt binnen het ontwikkelgebied en de andere kavel niet. Hij eist dat voor beide een inrit wordt aangelegd door ontwikkelaar. De inwoner heeft de uitspraak naast zich neergelegd en bleef bij herhaling terugkomen met de vraag wie de inrit moest aanleggen. Uiteindelijk is ervoor gekozen dat in het verlengde van de aanleg van het voetpad ook de inritten worden aangelegd voor alle inwoners binnen het nieuwbouw plangebied. Dus volgens ons is dit de oplossing.

    Paddock:
    Op het perceel werd een paddock gerealiseerd. Naar aanleiding van de werkzaamheden die hier werden uitgevoerd is een verzoek om handhaving binnengekomen. Vanwege dit verzoek is een toezichthouder van de gemeente ter plaatse geweest om de situatie te bekijken. De situatie is beoordeeld en bleek in strijd met het bestemmingsplan en bij een eerste beoordeling leek de paddock niet te vergunnen. Naar aanleiding daarvan is een brief gestuurd waarin is aangegeven dat sprake is van een overtreding en dat het college voornemens was om handhavend op te treden door het opleggen van een last onder dwangsom. Voordat het college een last onder dwangsom oplegt, wordt altijd de gelegenheid geboden om een zienswijze te geven. Er is zowel telefonisch als schriftelijk contact geweest over het voornemen van het college om handhavend op te treden. Los van dit traject is alsnog een omgevingsvergunning aangevraagd door de inwoner die uiteindelijk toch is verkregen. Tegen deze vergunning loopt een bezwaarprocedure ingesteld door een omwonende. Omdat alsnog een vergunning is verleend, is het verzoek om handhaving afgewezen en treedt het college niet handhavend op tegen het realiseren van de paddock.

  2. Is het college bereid om proactief het gesprek met betreffende inwoner aan te gaan om gezamenlijk tot een oplossing te komen? Zo ja, dan worden we graag op de hoogte gehouden van de ontwikkelingen. Zo nee, waarom niet?

    Inrit:
    Er is een oplossing door de aanleg van de inritten op kosten van de gemeente te realiseren. Het gesprek is al opgestart vanuit team Areaalbeheer om hier met de inwoner verder afspraken over te maken.

    Paddock:
    Het dossier vanuit Handhaving rondom de paddock is momenteel afgerond. De officiële bevestiging hiervan vanuit Handhaving richting de inwoner heeft door de hoge werkdruk op zich laten wachten maar is alsnog verstuurd en er is telefonisch contact geweest. Tijdens de handhavingsprocedure is ook, zoals gebruikelijk, contact geweest met de betrokken inwoner. De paddock is immers vergund waardoor niet langer sprake is van een overtreding. Wel loopt er een bezwaarprocedure tegen de verleende vergunning.
    Uiteraard is het college, als de inwoner daar nog behoefte aan heeft, proactief het gesprek aan te gaan. Tijdens het telefonisch contact met de inwoner is aangegeven dat dit vooralsnog niet hoeft.

  3. Wanneer er inwoners met individuele conflicten tussen hen en de gemeente aan het raadscafé deelnemen, is LADA van mening dat de gemeenteraad niet eerst vragen zou moeten hoeven indienen over deze situaties om het college aan te sporen tot proactief handelen om het conflict te proberen op te lossen. Deelt het college deze mening? Zo nee, waarom niet?

    Inrit:
    Deze mening delen wij. Ook zijn hiertoe de nodige inspanningen verricht. Er zijn meermaals keukentafel gespreken gevoerd en de inwoner is ook uitgenodigd door de wethouder om te spreken over een oplossing. Alleen kreeg de inwoner niet het antwoord waarop hij wellicht hoopte. Door nu voor iedereen de inrit aan te laten te liggen is in onze optiek het probleem opgelost.

    Paddock:
    In het algemeen zijn handhavingszaken kwesties waarin een juridisch geschil van inzicht kan bestaan. Immers, wanneer het college handhavend gaat optreden, brengt dat vaak met zich mee dat dit niet als prettig wordt ervaren. Uiteraard doen onze medewerkers wat de kunnen om de betrokkenen zo goed mogelijk te informeren over de situatie en hun rechten. Inzake de paddock speelt er volgens het college geen conflict. Het ging om een handhavingsdossier dat is doorlopen en wat is afgerond. Tegen de vergunning is bezwaar gemaakt maar deze procedure loopt niet tussen de betreffende inwoner en het college.

LDA stelt vervolgvragen over situatie voormalige Harmonie in Hippolytushoef

Afgelopen week ontvingen wij de beantwoording van onze Politieke Vragen over de situatie in de voormalige Harmonie in Hippolytushoef, waarvoor dank.
De beantwoording roept bij onze fractie een aantal vragen op.

  1. In de beantwoording op de vraag over de 9e woonunit geeft u aan dat er geen sprake is van zelfstandige woonvoorzieningen. In deze unit bevindt zich wel een badkamer en bedden.
    De 9e woonunit is op geen enkele manier verbonden met woning 1a, en heeft ook een eigen ingang. De eigenaar van het pand refereert zelf ook aan appartement 9 op de kooptekeningen die voor het
    raam hingen. Wanneer is er volgens het college dan sprake van zelfstandige woonvoorzieningen? 
  2. Is het college het met ons eens dat een ruimte zonder zelfstandige woonvoorzieningen, desalniettemin wel als zelfstandige woonruimte gebruikt kan worden?
    Het gaat om huisvesting voor arbeidsmigranten; die worden dikwijls onder slechtere omstandigheden gehuisvest.
  3. Op de adressen Kerkplein 1a en 1c zijn volgens het college geen inschrijvingen bekend, maar omwonenden bevestigen dat er wel mensen wonen, die bovendien regelmatig overlast
    veroorzaken. Heeft het college zicht op de personen die hier wonen? Zo nee, waarom niet?
  4. Wij hebben bevestigd gekregen dat appartement 1a of woonunit 9 (dit is vanbinnen niet goed te beoordelen) van binnen de opstelling heeft van een slaapzaal, met ongeveer 8
    eenpersoonsbedden waar mannen in slapen. Heeft de toezichthouder dit in een van zijn/haar regelmatige controles ook geconstateerd? Zo nee, waarom niet? Zo ja, wat is hiermee gedaan? 
  5. Op het adres Kerkplein 1d zijn 6 personen ingeschreven. Wij vragen ons af wat de gezinssamenstelling is. Aan de achterkant van dit appartement zitten regelmatig 6 mannen en 2
    vrouwen te barbecueën. Dit doet vermoeden dat er geen sprake is van één huishouden. 
  6. U geeft aan dat het opvragen van huurcontracten een bevoegdheid is van de toezichthouders, en dat zij gebruik maken van deze bevoegdheden. Enkele bewoners hebben bevestigd dat hun
    huurcontracten van korte duur zijn, soms maar 2 maanden. Dit zou ook verklaren waarom er regelmatig nieuwe bestelbusjes met buitenlandse mannen arriveren. Is het college op de hoogte hiervan? 
  7. Is het college met ons eens dat dit geen wenselijke vorm van bewoning is, en niet bijdraagt aan de sociale cohesie in de wijk? 
  8. U geeft aan dat er twee keer een overtreding is geconstateerd, en dat er bij de volgende overtreding sprake zal zijn van inwerkingtreding van een dwangsom. De laatste overtreding is alweer enige tijd geleden, maar er is niets aan de situatie veranderd, anders dan dat de groep buitenlandse mannen regelmatig rouleert. Wij nemen aan dat de toezichthouder, na de tweede overtreding, zeer regelmatig langs gaat ter controle. Heeft de toezichthouder de afgelopen weken overtredingen geconstateerd? 
  9. U stelt: ’ In de rechtspraak wordt het hebben van een Nederlandse nationaliteit niet als een vereiste benoemd om een huishouden te kunnen vormen.’De gemeente heeft echter wel altijd gesteld dat de woningen niet gebruikt mogen worden voor huisvesting van arbeidsmigranten. In de uitspraak van de voorzieningenrechter wordt het feit dat de gemeente dit duidelijk heeft aangegeven ook aangehaald als argument waarom legalisatie niet aan de orde kan zijn. Ook wordt een onevenredige belangenschading van de eigenaar van tafel geveegd omdat de het bestemmingsplan en de omgevingsvergunning geen ruimte bieden huisvesting van arbeidsmigranten.

    Gezien de uitspraak van de rechter, is het college het met ons eens dat het feit dat er arbeidsmigranten in het pand wonen, ongeacht of zij een huishouden vormen, illegaal is? Zo nee, waarom niet?

     

  10. U geeft aan dat er 20 fixi meldingen zijn geweest in de afgelopen 12 maanden, en dat de boa’s deze meldingen oppakken door drie keer langs te rijden om de overlastgever te treffen. Dit zou betekenen dat de boa’s 60 keer gezien hebben hoe de woonsituatie in het pand eruit ziet. Hoe staan de boa’s in contact met de toezichthouders? Zo ja, waarom is de illegale bewoning dan niet eerder stopgezet? Zo nee, waarom niet?
  11. Kan het college zich voorstellen dat de omwonenden het gevoel hebben dat hun zorgen niet serieus genomen worden, gezien het feit dat de illegale bewoning en bijbehorende overlast al lange tijd voortduurt?

Beantwoording vragen over: tunnel onder A7 Wieringerwerf

Op 18 mei 2024 heeft LDA (v/h LADA) vragen gesteld over de tunnel onder A7 Wieringerwerf.
Hieronder de antwoorden van het College op deze vragen.

  1. Deelt het college onze mening dat het tunneltje als onveilig kan worden ervaren door voetgangers die er gebruik van maken?
    Een onveilig gevoel kan te maken hebben met verschillende factoren zoals verlichting, zichtbaarheid of het algemene gevoel van veiligheid. Dit is een gevoelsbeleving wat ieder anders zal ervaren. Een onveilig gevoel is niet prettig en de gemeente Hollands Kroon vindt het belangrijk dat alle gebruikers van het tunneltje zich veilig voelen. Het college heeft niet eerder signalen ontvangen over onveiligheid bij en rondom het tunneltje. Het tunneltje is voorzien van verlichting, hetgeen het veiligheidsgevoel van inwoners over het algemeen vergroot. We zullen nagaan of de verlichting nog goed functioneert en of er meer verlichting geplaatst dient te worden. Mochten wij wel signalen ontvangen, dan nemen wij deze serieus en zullen wij kijken naar mogelijkheden om het veiligheidsgevoel van onze inwoners te verhogen. Overigens zal dit in samenspraak met Rijkswaterstaat moeten gebeuren, aangezien zij eigenaar zijn van de tunnel.

  2. Is het college al eerder benaderd door inwoners over de veiligheid van dit tunneltje?
    Nee, er zijn niet eerder meldingen ontvangen over het tunneltje. Er zijn ook niet eerder meldingen gedaan bij de politie.
  3. Deelt het college de mening dat de komst van 100 asielzoekers in Van der Valk, de sociale controle verslechtert?
    Het college is van mening dat de komst van 100 asielzoekers in Van der Valk niet leidt tot een verslechtering van de sociale controle. Het is belangrijk om te benadrukken dat asielzoekers, net als ieder ander, deel uitmaken van onze gemeenschap en bijdragen aan de sociale dynamiek in Wieringerwerf. Wij geloven dat dit kan leiden tot een verbetering van de sociale cohesie en controle, in plaats van een verslechtering. We blijven ons inzetten voor open dialoog en begrip tussen alle leden van onze gemeenschap. Het COA heeft tijdens de bijeenkomst op 24 april jl. nadrukkelijk de bewoners van Wieringerwerf en omstreken uitgenodigd voor een bezoek aan de opvang met het doel kennis te maken met de bewoners (asielzoekers).
  4. In veel gevallen is de gemeente bevoegd gezag wat betreft de locatie van bushaltes. Is dit ook het geval bij deze bushalte, die gesitueerd is aan een rijksweg?
    De locatie van de bushalte is op grondgebied van Rijkswaterstaat, en valt dus niet binnen ons bevoegd gezag.

 

LDA stelt vragen over de voetgangerstunnel onder A7 Wieringerwerf

Op de agenda voor de raadsvergadering van 23-05 staat een ingekomen stuk, waarin de briefschrijfster aangeeft zich zorgen te maken om de veiligheid bij het tunneltje onder de A7 ter hoogte van hotel van der Valk. Dit tunneltje leidt naar de parkeerplaats aan de westzijde van de A7, waar zich naast een parkeerplaats ook een bushalte bevindt van buslijn 350 Alkmaar-Leeuwarden. Het tunneltje ligt buiten het dorp en is de enige route naar de bushalte, welke dagelijks door vele jongeren wordt gebruikt om van en naar school te komen. Briefschrijfster vreest dat de sociale controle, mede door de waarschijnlijke komst van 100 asielzoekers in hotel van der Valk, verloren gaat.

LDA deelt de zorgen over de veiligheid bij het tunneltje, en is van mening dat het tunneltje sowieso ongelukkig ligt, nog los van of er asielzoekers naast komen te wonen. Het feit dat de tunnel buiten het dorp ligt met weinig bebouwing eromheen en het de enige looproute naar het dorp is, helpen niet mee voor het gevoel van veiligheid. De tunnel wordt daarnaast ontsierd door de vele graffiti op de muren.

  1. Deelt het college onze mening dat het tunneltje als onveilig kan worden ervaren door voetgangers die er gebruik van maken?

  2. Is het college al eerder benaderd door inwoners over de veiligheid van dit tunneltje?

  3. Deelt het college de mening dat de komst van 100 asielzoekers in Van der Valk, de sociale controle verslechtert?

  4. In veel gevallen is de gemeente bevoegd gezag wat betreft de locatie van bushaltes. Is dit ook het geval bij deze bushalte, die gesitueerd is aan een rijksweg?

LDA stelt vragen over de oplossing van het conflict met dhr. Hommes

Aan het raadscafé van 11 april jl. nam dhr. Hommes deel. Hij gaf aan al jarenlang een conflict met de gemeente te hebben over onder andere een oprit voor zijn huis en een paardenbak. Dit conflict speelde met name in de vorige bestuursperiode. In het presidium is aan de fracties gevraagd of wij nog actie op willen ondernemen naar aanleiding van de inbreng van dhr. Hommes. LDA is van mening dat het college hier actie op moet ondernemen, dus vandaar de volgende vragen.

  1. Was het college reeds op de hoogte van het conflict tussen dhr. Hommes en de gemeente,
    en zo ja, hoe heeft het college tot nu toe gepoogd samen tot een oplossing te komen?
     
  2. Is het college bereid om proactief het gesprek met betreffende inwoner aan te gaan om gezamenlijk tot een oplossing te komen? Zo ja, dan worden we graag op de hoogte gehouden van de ontwikkelingen. Zo nee, waarom niet? 
  3. Wanneer er inwoners met individuele conflicten tussen hen en de gemeente aan het raadscafé deelnemen, is LDA van mening dat de gemeenteraad niet eerst vragen zou moeten hoeven indienen over deze situaties om het college aan te sporen tot proactief handelen om het conflict te proberen op te lossen. Deelt het college deze mening? Zo nee, waarom niet?

LDA stelt vragen over de herinrichting van de Koningin Julianalaan in Slootdorp

Bewoners van de Koningin Julianalaan hebben een brief ontvangen waarin gemeld wordt dat op 1 juni met de werkzaamheden begonnen wordt. Dit zorgt voor onrust in de buurt omdat de brief geen duidelijkheid geeft wat er gaat gebeuren met de plek in de steeg tussen de Koningin Julianalaan en Kerkstraat waar een verontreiniging met PAK (polyaromatische koolwaterstoffen) is geconstateerd. In het rapport met de resultaten van het door MANN uitgevoerde bodemonderzoek wordt vermeld dat er een sterke verontreiniging is geconstateerd bij de boring bij peilbuis 23 waar een waarde van 81 mg/kg ds gevonden is met de vermelding dat vanaf 40 mg/kg dus sprake is van een saneringsnoodzaak.
De volkstuintjes aan de Koningin Julianalaan grenzen aan de vervuilde locatie. Omwonenden maken zich zorgen over de gevolgen voor hun gezondheid.

  1. Kunnen de werkzaamheden van de herinrichting van de Koningin Julianalaan wel beginnen voordat de sanering van de verontreinigde locatie heeft plaats gevonden?
  2. Zo ja, waarom?
  3. Bent u bereid op korte termijn met de bewoners in gesprek te gaan om duidelijkheid te verschaffen over de uit te voeren werkzaamheden?

Antwoord op vervolg vragen over het bos van Van Moorselaar in Nieuwe Niedorp

Reactie door de fractiesecretaris Peter Couwenhoven op de beantwoording.

Naar aanleiding van het tweede artikel in de Schager Courant ben ik gebeld door de ambtenaar die de beantwoording van de vragen heeft opgesteld. Zij was verbaasd over dat ik aangaf dat het bosje moet wijken voor woningbouw. Uit de beantwoording van de vragen kan die conclusie niet getrokken worden. Er is van woningbouw geen sprake. De projectontwikkelaar heeft geen aanvraag ingediend en de gronden hebben een agrarische bestemming, was haar antwoord.

Ook kreeg ik een uitnodiging van de projectontwikkelaar voor een gesprek op hun kantoor omdat er veel onjuistheden in het krantenartikel zouden staat. In mijn gesprek bij Scholtens werd gezegd dat de plannen met en rond het bos voorlopig geen prioriteit hebben, die licht bij de uitvoering van het Dahliapark. Wel werd mij een uitgewerkt plan, getekend door architect Paul Breddels, getoond van  zeven woningen in het bosje dat dus moet verdwijnen op een paar bomen na. Ook de twee aangrenzende percelen hebben de bestemming woningbouw. De ontsluiting moet plaats vinden via de bestaande brug van Dorpsstraat 78 en het stuk fietspad naar de Oosterweg.

De grond wordt voorlopig opgeslagen  in depot op het terrein van het Dahliapark maar zal gebruikt  worden om de kavels met 40 cm op te hogen.

 

Ter verbetering van uw gebruikerservaring wordt op deze website van LDA gebruik gemaakt van cookies.